Wetenschappelijk tijdschrift voor psychiaters, artsen in opleiding tot psychiater en andere geïnteresseerden
  • EN
  • NL
Tijdschrift voor Psychiatrie
  • Tijdschrift
  • Terug naar hoofdmenu
    Nieuwe artikelen Huidige nummer Vorige nummers Themanummers Boekbesprekingen
    Auteursrichtlijnen Over het tijdschrift Redactie Abonnementen Colofon Adverteren
    Huidige nummer
    Nummer 10 / 2025 Jaargang 67
    Tijdschrift voor Psychiatrie
    10 / 2025

    Huidige nummer
  • Accreditatie
  • Meetinstrumenten
  • Vacatures
Edit
  • EN
  • NL
  1. Home
  2. Nummer 2007/4
  3. Twin studies of psychiatric disorder in th...
Boekbespreking

Twin studies of psychiatric disorder in the Netherlands

D.I. Boomsma
Vorig artikel Volgend artikel
ps-3

Twin cohorts provide a unique advantage for investigating the role of genes and environment in the aetiology of complex traits, such as psychiatric disorders. Twin data, collected in large-scale studies in Europe, including in the Netherlands, are exceptionally useful for genetic studies, because they supply information that is unobtainable in regular family or case-control studies. The purpose of the twin design is to solve problems that can arise in the analysis of human study samples that are poorly designed in an epidemiological sense, that suffer from ascertainment bias and lack of longitudinal follow-up and that are contaminated by noise created by environmental variation throughout development, including fetal life and childhood.
Variation in vulnerability for psychiatric disorder may be caused by differences in genotype and by non-genetic differences ('environment') between individuals. The relative contributions of genotype (g) and environment (e) to variation can be assessed with the classical twin design, in which phenotypic resemblance in monozygotic (mz) twins who are genetically identical (or nearly identical), is compared to phenotypic resemblance in dizygotic (dz) twins, who share on average 50% of their segregating genes. A larger resemblance in mz than in dz twins suggests that genetic factors make a contribution to phenotypic individual differences. The variance decomposition for a single trait can be generalized to longitudinal and multivariate data. In such data, the comorbidity of traits can be decomposed into genetic and non-genetic sources. We illustrate this approach using longitudinal data collected from young and adult Dutch twins with regard to a number of phenotypes (mood disorders, adhd and borderline disorder personality features).

 

Twitter Facebook LinkedIn Mail WhatsApp

Editie

Dit artikel is onderdeel van: Editie 2007/4
Uitgave van de Stichting Tijdschrift voor Psychiatrie waarin participeren de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

Over TvP

Over het tijdschrift Redactie Auteursrichtlijnen Colofon
Abonnementen Abonnee worden Adverteren

Contact

Redactiebureau Tijdschrift voor Psychiatrie
drs. S.L. (Lianne) van der Meer
Telefoon: 030 899 00 80
info@tijdschriftvoorpsychiatrie.nl

Copyright

Redactie en uitgever zijn niet aansprakelijk voor de inhoud van de onder auteursnaam opgenomen artikelen of van de advertenties. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of op welke wijze ook, zonder schriftelijke toestemming van de redactie.

© copyright 2025 Tijdschrift voor Psychiatrie