Wetenschappelijk tijdschrift voor psychiaters, artsen in opleiding tot psychiater en andere geïnteresseerden
  • EN
  • NL
Tijdschrift voor Psychiatrie
  • Tijdschrift
  • Terug naar hoofdmenu
    Nieuwe artikelen Huidige nummer Vorige nummers Themanummers Boekbesprekingen
    Over het tijdschrift Redactie Abonnementen Richtlijnen voor auteurs Colofon Adverteren
    Huidige nummer
    Nummer 6 / 2022 Jaargang 64
    Tijdschrift voor Psychiatrie
    6 / 2022

    Huidige nummer
  • Accreditatie
  • Meetinstrumenten
  • Vacatures
Edit
  • EN
  • NL
  1. Home
  2. Nummer 1992/2
  3. Is de indicatiestelling voor elektroconvul...
Oorspronkelijk artikel

Is de indicatiestelling voor elektroconvulsietherapie in Nederland te beperkt?

J. Stor-Reurling, W.A. Nolen
Vorig artikel Volgend artikel

Sinds het begin van de jaren tachtig is de indicatie voor elektroconvulsietherapie (ECT) in Nederland beperkt tot de therapieresistente depressie en de lethale katatonie. In andere landen, waaronder de Verenigde Staten, behoren echter momenteel schizofrenie, manie en de schizoaffectieve stoornis in bepaalde situaties ook tot het indicatiegebied.

Dit artikel biedt een overzicht van de effectiviteitsstudies welke aan bepaalde methodologische minimumvoorwaarden voldoen bij de laatstgenoemde indicaties. ECT blijkt een effectieve behandeling te kunnen zijn voor schizofrenie, doch omdat de behandeling ingrijpend is en het effect over het algemeen slechts tijdelijk, verdienen neuroleptica in het algemeen toch de voorkeur. Voor een kleine groep patiënten die resistent is voor neuroleptica en/of deze middelen niet verdraagt, lijkt ECT echter een zinnig behandelalternatief indien er sprake is van een ernstig lijden. Ook bij manie en schizoaffectieve stoornis kan ECT effectief zijn: de behandeling kan geïndiceerd zijn bij patiënten die op de gebruikelijke behandelingen (neuroleptica, lithium enz.) niet reageren of deze behandeling niet verdragen.

Geconcludeerd wordt dat ECT een plaats verdient in de behandelstrategie van schizofrenie, manie en schizoaffectieve stoornis als uiterste stap na een farmacologisch behandelprotocol én met inachtneming van een zorgvuldig uitgevoerde `informed consent'-procedure.

Twitter Facebook LinkedIn Mail WhatsApp

Editie

Dit artikel is onderdeel van: Editie 1992/2
Uitgave van de Stichting Tijdschrift voor Psychiatrie waarin participeren de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

Over TvP

Over het tijdschrift Redactie Auteursrichtlijnen Colofon
Abonnementen Abonnee worden Adverteren

Contact

Redactiebureau Tijdschrift voor Psychiatrie
drs. S.L. (Lianne) van der Meer
p/a Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie
Postbus 20062
3502 LB Utrecht
Telefoon: 030 899 00 80
info@tijdschriftvoorpsychiatrie.nl

Copyright

Redactie en uitgever zijn niet aansprakelijk voor de inhoud van de onder auteursnaam opgenomen artikelen of van de advertenties. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of op welke wijze ook, zonder schriftelijke toestemming van de redactie.

© copyright 2022 Tijdschrift voor Psychiatrie