Wetenschappelijk tijdschrift voor psychiaters, artsen in opleiding tot psychiater en andere geïnteresseerden
  • EN
  • NL
Tijdschrift voor Psychiatrie
  • Tijdschrift
  • Terug naar hoofdmenu
    Nieuwe artikelen Huidige nummer Vorige nummers Themanummers Boekbesprekingen
    Auteursrichtlijnen Over het tijdschrift Redactie Abonnementen Colofon Adverteren
    Huidige nummer
    Nummer 10 / 2025 Jaargang 67
    Tijdschrift voor Psychiatrie
    10 / 2025

    Huidige nummer
  • Accreditatie
  • Meetinstrumenten
  • Vacatures
Edit
  • EN
  • NL
  1. Home
  2. Artikelen
  3. De etiologie van dissociatieve identiteits...
Boekbespreking

De etiologie van dissociatieve identiteitsstoornis: een neuroimagingstudie

A.A.T. Reinders, A.T.M. Willemsen, M.C. Van Ekeren, H.P.J. Vos, J. Haaksma, J.A. Den Boer, E.R.S. Nijenhuis
S-24

achtergrond Met de dsm-v in wording ligt de diagnose dissociatieve identiteitsstoornis (dis) onder vuur. Houders van een iatrogene visie stuurden bijvoorbeeld een petitie rond met het verzoek om een handtekening te plaatsen tegen de inclusie van dis in de dsm-v. Bij dis-patiënten is de persoonlijkheid opgedeeld in twee of meer verschillende typen van dissociatieve delen. In voorgaand beeldvormend hersenonderzoek (Reinders e.a. 2006, 2003) werden deze omschreven als neutrale identiteiten (ni's) en traumagerelateerde identiteiten (ti's ). ni's focus is om te functioneren in het dagelijkse leven, waarbij ti's mentaal vermeden worden omdat deze gefixeerd zijn op traumatische herinneringen die ni's niet kunnen of durven te integreren. Volgens de iatrogene visie wordt dis echter bepaald door een combinatie van fantasierijkheid, suggestie en toneelspel.
doel In het huidige onderzoek werd nagegaan of eerder vastgestelde verschillen in patronen van hersenactiviteit tussen ni en ti overeind blijven na correctie voor de gecombineerde invloed van fantasierijkheid, suggestie en toneelspel. Daartoe werden twee controlegroepen, geïnstrueerd om beide identiteiten te simuleren. Deze twee controlegroepen (C) bestonden uit hoog (ch)- en laag (cl)-fantasierijke psychisch gezonde vrouwen. Fantasierijkheid werd vastgesteld door middel van de Creatieve Ervaringen Vragenlijst (cev; Merckelbach e.a. 2001).
methoden Het neuroimagingonderzoek werd uitgevoerd in drie groepen (dis-patiënten, ch en cl), in twee identiteiten (authentieke of gesimuleerde ni en ti). Tijdens de data-acquisitie kreeg elke identiteit een autobiografische herinnering aangeboden.
resultaten De verwerking van een traumatische (dis) of pijnlijke persoonlijke herinnering (ch/cl) leverde sterk verschillende patronen van hersenactiviteit op wanneer authentieke ni en ti werden vergeleken met de gesimuleerde ni en ti.
conclusie dis wordt niet veroorzaakt door een combinatie van hoge fantasierijkheid, toneelspel en suggestieve beïnvloeding. In dit licht dient dis als diagnose in de dsm-v gehandhaafd te blijven.

Twitter Facebook LinkedIn Mail WhatsApp
Uitgave van de Stichting Tijdschrift voor Psychiatrie waarin participeren de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

Over TvP

Over het tijdschrift Redactie Auteursrichtlijnen Colofon
Abonnementen Abonnee worden Adverteren

Contact

Redactiebureau Tijdschrift voor Psychiatrie
drs. S.L. (Lianne) van der Meer
Telefoon: 030 899 00 80
info@tijdschriftvoorpsychiatrie.nl

Copyright

Redactie en uitgever zijn niet aansprakelijk voor de inhoud van de onder auteursnaam opgenomen artikelen of van de advertenties. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of op welke wijze ook, zonder schriftelijke toestemming van de redactie.

© copyright 2025 Tijdschrift voor Psychiatrie