toelichting Volgens de cognitieve theorie zou een depressieve stemming ontstaan en versterkt worden doordat er een bias (voorkeur) bestaat voor het verwerken van stemmingscongruente, negatieve informatie. In onze experimentele onderzoekslijn in Nijmegen wordt getracht onderliggende neurale processen te identificeren door middel van gedragsexperimenten en beeldvormend onderzoek met fmri (functional Magnetic Resonance Imaging) en eeg. Dit gebeurt enerzijds door een reeks van onderzoeken bij gezonde proefpersonen waarbij het effect van stemming op semantische verwerking en verschillende vormen van geheugen onderzocht wordt. Anderzijds onderzoeken wij verschillende vormen van bias bij mensen met een depressie. In deze parallelsessie geven wij een overzicht van onze meest recente neurowetenschappelijke bevindingen van het effect van stemmingsinductie op semantische verwerking van informatie en verschillende vormen van geheugen. Deze bevindingen dienen als fundamentele basis om de neiging van depressieve mensen te begrijpen bij een sombere stemming ambigue informatie op een negatieve manier te interpreteren.
leerdoel Aan het einde van de sessie wordt de deelnemer geacht op de hoogte te zijn van de theorieën over cognitieve biases, hun rol bij depressie en neurowetenschappelijke bevindingen hierover. Tevens heeft de deelnemer een overzicht gekregen van verschillende technieken om cognitieve biases uit te lokken, bijvoorbeeld door stemmingsinductie.