Van een deel van de proefpersonen uit een cohort patiënten die klinische psychotherapie in een psychotherapeutische gemeenschap ondergingen, is het beloop in beeld gebracht aan de hand van de hulpconsumptie gedurende de 5 jaar na ontslag alsmede aan de hand van hun persoonlijk functioneren (welbevinden). Daarbij blijkt dat meer dan de helft van de ex-patiënten vroeger of later nog eens of meer een beroep doet op professionele hulpverlening en dat het aantal heropnemingen bij mannen en bij personen uit de psychosegroep relatief groot is. Neurotici en vrouwen roepen in het algemeen sneller hulp in dan mannen en personen uit de psychosegroep. Het verloop van het persoonlijk functioneren wordt in beeld gebracht aan de hand van 8 carrièretypen: in 10% van de gevallen blijkt dan sprake te zijn van een aparte achteruitgang.