In de laatste decennia neemt in Nederland ernstig probleemgedrag bij meisjes toe. Vooral de ernst van gewelddadige incidenten vertoont hierbij een stijgende lijn. Meisjes die dermate ernstige gedragsproblemen hadden dat zij in een gesloten justitiële jeugdinrichting (jji) hebben gezeten, functioneren zorgwekkend. Zo hebben meisjes die dergelijk gedrag vertonen vaak ernstige psychische problemen. Een groot aantal van hen heeft een traumatische voorgeschiedenis, hetgeen hun functioneren en gedrag in belangrijke mate blijkt te beïnvloeden. Tevens vertoont een groot deel seksueel risicogedrag.

Ook blijkt dat meisjes die uit een jji komen in hun verdere leven zeer beperkt blijven functioneren. Juist deze meisjes lopen een verhoogd risico om op zeer jonge leeftijd kinderen te krijgen. Het opgroeien van deze kinderen bij moeders met veelal psychiatrische problemen en een beperkt functioneren, baart zorgen voor hun ontwikkeling. Transgenerationele overdracht van gedragsproblemen is daardoor te verwachten. Interventieprogramma's gericht op het verminderen van psychiatrische stoornissen bij deze meisjes en hulp bij het opvoeden van de kinderen zijn derhalve van zeer groot belang om verdere toename in de problematiek van de meisjes te voorkomen en ter preventie van de ontwikkeling van stoornissen bij hun kinderen.

Bij dit symposium zal de problematiek van de meisjes die in een jji hebben gezeten, worden geschetst. Hierbij wordt een longitudinaal onderzoek gepresenteerd, ingaand op het hebben van een trauma en seksueel risicogedrag bij deze meisjes en het functioneren van degenen die moeder zijn geworden. Daarnaast zullen twee interventieprogramma's besproken worden, waarvan de eerste gericht is op de gedragsgestoorde meisjes zelf (een gerandomiseerde klinische trial naar traumabehandeling) en de tweede op de opvoedingsstijl die deze meisjes bij hun kinderen toepassen (Moeder- en Kindhuis).