achtergrond Suïcide is wereldwijd een belangrijke doodsoorzaak. Er bestaan weinig gegevens uit algemeen bevolkingsonderzoek over prevalentie en risicofactoren van suïcidale ideatie, plannen en pogingen.
doel Een schatting geven van de levensprevalentie en risicofactoren van deze suïcidegerelateerde uitkomsten in zeventien landen in Amerika, Europa (inclusief Nederland), het Midden- Oosten, Afrika en Azië.
methode Face-to-face-interviews met het Composite International Diagnostic Interview (cidi 3.0) werden uitgevoerd onder 84.850 volwassenen van 2001 tot 2003, in het kader van het who World Mental Health Survey Initiative.
resultaten De levensprevalentie van suïcidale ideatie, plannen en pogingen is respectievelijk 9,2%, 3,1% en 2,7%. Deze percentages verschillen tussen de landen, maar er is geen duidelijk verschil tussen ontwikkelde en minder ontwikkelde landen. De demografische en psychiatrische risicofactoren komen sterk overeen tussen de landen. Een psychische stoornis is sterk gerelateerd aan de suïcidegerelateerde uitkomsten, maar stemmingsstoornissen zijn het sterkst gerelateerd in minder ontwikkelde landen en impulscontrolestoornissen in ontwikkelde landen. Van de transities van ideatie naar plan of poging vindt 60% plaats binnen een jaar na de eerste ideatie.
conclusie Ondanks crossnationale verschillen in prevalentie bestaan er grote overeenkomsten in de risicofactoren. Preventie zou zich moeten richten op degenen met suïcidale ideatie, nog voordat een plan of poging wordt uitgevoerd.