Reactie op ‘Hoe stevig is de wetenschappelijke basis van het concept positieve gezondheid?’
Met veel belangstelling, maar óók met verbazing, las ik het artikel Hoe stevig is de wetenschappelijke basis van het concept positieve gezondheid? in het Tijdschrift voor Psychiatrie. De auteurs vinden de wetenschappelijke basis van het breed omarmde concept ‘positieve gezondheid’ onvoldoende en concluderen dat het nog te vroeg is om dit concept al te gebruiken en te implementeren in de dagelijkse praktijk. Zij waarderen de vernieuwende kijk op gezondheid en stellen een fundamentele revisie voor.
Zij zeggen dat gezondheid van oudsher, ook door de WHO, gedefinieerd werd als de afwezigheid van ziekte. Echter, de definitie van de WHO (1948) luidt: ‘gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn, en niet alleen de afwezigheid van ziekte of handicap’. Dus een brede definitie, waar (bijna) niemand aan voldoet én een statische definitie. Machteld Huber stelde in 2011 een dynamische definitie van gezondheid voor: ‘Het vermogen je aan te passen en je eigen regie te voeren in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven’. Haar term ‘positieve gezondheid’ staat voor een brede kijk op gezondheid, uitgewerkt in 6 dimensies die in kaart gebracht kunnen worden in een ‘spinnenweb’.
Dit spinnenweb is volgens Huber bedoeld als reflectie-instrument en niet als meetinstrument. Het invullen van 44 vragen levert scores in het spinnenweb op. De invullers kunnen nagaan wat zij belangrijk vinden en of er aspecten zijn die zij zouden willen veranderen of verbeteren. Ook de auteurs noemen de mogelijkheid om de vragenlijst te gebruiken als handvatten voor een gesprek.
Ik kan me vinden in de bezwaren van de auteurs dat de vragenlijst vrij lang is en dat de items niet altijd goed passen bij de dimensies waar ze onder geschaard zijn. Meerdere items overlappen bovendien sterk met items van andere dimensies. Een bijstelling van de vragenlijst lijkt me zeker zinvol. Ook eerder zijn er aanpassingen geweest.
Mijn belangrijkste punt is dat de conclusie van de auteurs, dat het te vroeg is om positieve gezondheid al te gebruiken en te implementeren in de dagelijkse praktijk, 12 jaar te laat komt. Positieve gezondheid wordt al gebruikt op grote schaal, óók door de Federatie van Medisch Specialisten waar de psychiaters deel van uitmaken. In het ‘Visiedocument medisch specialist 2025’, gepubliceerd in 2017, staat dat positieve gezondheid uitgangspunt is voor het handelen van de medisch specialist in 2025 in het hele zorgproces.1 Het Nederlands Huisarts Genootschap heeft positieve gezondheid geschaard onder de tools van de huisarts en in 2021 is het Handboek positieve gezondheid in de huisartspraktijk uitgekomen.2 Positieve gezondheid is opgenomen in de eindtermen van de opleiding tot arts (2020), in de Nota Landelijk Gezondheidsbeleid 2020-2024, het beleidsplan van ZonMw 2020-2024, het Integraal Zorgakkoord (2022), het kader Passende Zorg (2022), het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor ouderen (2022), het Gezond en Actief Leven Akkoord (2023), de Zorgstandaard Zingeving in de psychiatrie (2023) en de GGZ-Zorgstandaard Leefstijl (2024).
Het Jeroen Bosch Ziekenhuis in ’s-Hertogenbosch was het eerste ziekenhuis dat positieve gezondheid omarmde (in 2016). Veel ggz-instellingen werken inmiddels met positieve gezondheid, zoals GGz Centraal, GGz Breburg, Emergis, GGNet, Parnassia, Reinier van Arkel, Vincent van Gogh, Pro Persona, Mondriaan.
Kortom, positieve gezondheid ís al verregaand geïmplementeerd in de dagelijkse praktijk. In dit opzicht worden de lezers door Vinkers en Chiu niet goed geïnformeerd.
Juist omdat positieve gezondheid al zo breed gebruikt wordt, lijkt uitwisseling en liefst ook samenwerking tussen de auteurs en Huber/Institute for Positive Health over de vragenlijst positieve gezondheid en over wetenschappelijk onderbouwde meetinstrumenten een goed idee.
Literatuur
1 Federatie Medisch Specialisten, 2017. Visedocument Medisch Specialist 2025. https://demedischspecialist.nl/sites/default/files/Visiedocument Medisch Specialist 2025-DEF.pdf
Lees de reactie van Christiaan Vinkers en Chi Chiu op deze ingezonden brief hier.
Auteurs
Wil Buis, psychiater niet-praktiserend, bestuurslid Welzijn Ouderen Grave
Correspondentie
Mw. dr. W.M.N.J. Buis (buiswil@gmail.com)