toelichting Religieuze en spirituele factoren blijken een belangrijke rol te kunnen spelen in de presentatie, het beloop, de uitkomst en de prognose van psychiatrische stoornissen. Dat geldt bijvoorbeeld in het geval van subsyndromale of sub-treshold-vormen van angst en depressie die gerelateerd zijn aan existentiële en spirituele vragen, maar het geldt ook met betrekking tot coherentie van fundamentele aannames over zelf en het leven en schema's bij mensen met persoonlijkheidsstoornissen. In de aanloop naar de dsm-v dienen onderzoeksgegevens (inclusief filosofisch veldwerk en fenomenologisch onderzoek) hierover meegewogen worden in het ontwerp voor de vernieuwde formuleringen van de diagnostische categorieën.
leerdoelen Aan het einde van het symposium heeft de deelnemer inzicht in de huidige stand van zaken op het gebied van het onderzoek (zowel empirisch onderzoek als filosofisch veldwerk) naar de complexe relatie tussen religie/spiritualiteit en psychiatrische stoornissen en de betekenis daarvan voor het ontwerp van de nieuwe dsm-v.