achtergrond In 2006 is vanuit de Reinier van Arkel groep onderzoek gedaan naar de motieven en belemmeringen om deel te nemen aan de live- (irl-) of onlineversie van 'Grip op je dip'; een preventief programma voor jongeren met somberheidsklachten. Volgens het Health Belief Model wordt de keuze tussen de twee 'Grip op je dip'-versies onder andere beïnvloed door de waargenomen belemmeringen en waargenomen voordelen van bepaald gedrag.

doel Het verschaffen van inzicht in de interne en externe motieven en belemmeringen om deel te nemen aan de online- of liveversie van 'Grip op je dip'. Dit kan bijdragen aan het ontwikkelen van een effectievere benadering van de doelgroep.

methode Twintig jongeren namen deel. Deze exploratieve studie is beschrijvend en maakte gebruik van een zelf opgestelde vragenlijst bestaande uit een kwalitatief gedeelte met open vragen en een kwantitatief gedeelte met gesloten vragen. De vragenlijst bevatte vragen over motieven en belemmeringen, anonimiteit, vooroordelen, verwachte effectiviteit en ernst van de problemen.

resultaten Vaak genoemde motieven om mee te doen aan de liveversie zijn het persoonlijke contact, de sociale druk en de mogelijkheid non-verbaal te communiceren. Belemmeringen om aan de liveversie deel te nemen waren het ontbreken van anonimiteit, de afstand naar de locatie van de bijeenkomsten of het feit dat deelname aan een livecursus als te stressvol werd ervaren. Deelnemers gaven aan online deel te nemen vanwege de anonimiteit en het gevoel dat onlinedeelname een kleinere stap is dan deelname aan een livecursus. Het belangrijkste argument om niet deel te nemen aan de onlinecursus was het tekort aan persoonlijk contact.

conclusie Onwetendheid is een vaak opgemerkte barrière om deel te nemen aan één van beide 'Grip op je dip'-versies. Het is waarschijnlijk belangrijk dat beide versies van 'Grip op je dip' bestaan, omdat elke versie een andere doelgroep aanspreekt.