De Nederlandse Studie naar Depressie en Angst (nesda, www.nesda.nl) is een grootschalig onderzoek naar het langetermijnbeloop van depressie en angststoornissen. Het betreft een 8-jarig longitudinaal cohortonderzoek dat wordt uitgevoerd onder 2.850 volwassen deelnemers (18-65 jaar) die geworven zijn in verschillende settings (bevolking, eerste- en tweedelijns gezondheidszorg). De respondenten hebben depressie en/of angststoornissen in verschillende ontwikkelingsstadia: geen symptomen, subthresholdsymptomen, stoornis met eerste of meerdere episodes. In dit symposium zal Brenda Penninx de opzet en methoden van de nesda presenteren. Hierna volgen diverse voordrachten over de eerste nesda-resultaten.
Patricia van Oppen zal de comorbiditeit van depressie en angststoornissen in detail beschrijven. Belinda van den Berg rapporteert de prevalentie van bipolaire symptomen in dit cohort, en toont enkele belangrijke risicofactoren voor bipolaire symptomen. Sophie Vreeburg zal de eerste resultaten tonen over de associatie tussen depressie en het functioneren van de hypothalamus-hypofyse- bijnieras (hpa-as), gemeten middels speekselcortisolwaarden. Carmilla Licht beschrijft de relatie tussen depressie en indicatoren van het autonome zenuwstelsel (hartslag en hartslagvariabiliteit). Ten slotte toont Matty de Wit de bevindingen van een nesda-satellietproject waarbij etnische verschillen in de prevalentie van depressie en angststoornissen onderzocht werden in een cohort van allochtone en autochtone Amsterdammers. Kortom: dit symposium geeft uiteenlopende, interessante bevindingen van de nesda.