Het handboek Clinical practice of forensic neuropsychology van de hand van dr. Kyle Boone is een mooi voorbeeld van een scientist-practitioner die het hele boek voor haar rekening heeft genomen. Van een leidend iemand uit het veld presenteert dit handboek ‘best practices’ om een neuropsychologisch onderzoek uit te voeren, maar ook om op te treden als getuige-deskundige in de rechtbank. De nadruk ligt hierbij op civielrechtelijke rapportages en niet zozeer op strafrechtelijke rapportages.

Enkele hoofdstukken in het bijzonder zijn belangwekkend. De hoofdstukken 3 en 4 bieden een fraai overzicht, maar ook kritiek op de literatuur over de effectiviteit van testen ontwikkeld om het overrapporteren van symptomen te meten. Hierbij komt ook de rationale achter projectieve technieken aan de orde, zoals de rorschach-inktvlekkentest en de teken-een-persoontest. Hoofdstuk 6 gaat in op belangrijke valkuilen die gezien worden bij forensisch neuropsychologische rapportages, bijvoorbeeld het falen om symptoominvaliditeit goed te evalueren, het gebruik van niet-geschikte testen en/of normering, het omgaan met inconsistente conclusies haaks op gepubliceerd onderzoek, het overinterpreteren van verlaagde scores, het onjuist gebruik van testscores om hersenletsels te identificeren en de verkeerde interpretatie van de Minnesota Multiphasic Personality Inventory (mmpi).

Ook bijzonder interessant zijn de mythes in verband met de mmpi die worden beschreven, zoals: sluit een normale mmpi-2F-score malignering uit? Ten slotte geeft de auteur ook praktische tips over hoe u zich als neuropsycholoog in de rechtbank goed staande kan houden met levendige casuïstiek en dialogen tussen bijvoorbeeld advocaat en neuro­psycholoog als getuige-deskundige. Deze dialogen zijn volgens mij een geslaagde weerspiegeling van de werkelijkheid.

Alhoewel de geschetste context Amerikaans is, is dit boek een aanrader voor neuropsychologen (in opleiding) in de forensisch psychiatrische praktijk. Tevens kan ik het aanbevelen aan forensisch psychologen en psychiaters, maar ook aan professionals vanuit de rechtsgeleerdheid.

K. Goethals