Het in 2008 verschenen boek beschrijft op elegante wijze vanuit verschillende invalshoeken het concept 'sociale cognitie'. Het lukt Sharp en haar medeauteurs in één boek ook voor de minder ingevoerde lezer een compleet overzicht van de kennis over sociale cognitie te geven. Zij doen dit door sociale cognitie te koppelen aan bestaande concepten van psychiatrische ziektebeelden. Het boek is ingedeeld in drie delen: ontwikkelingsstoornissen, externaliserende en internaliserende stoornissen. Vooral het eerste en het laatste deel zijn zeer goed gelukt; in het bijzonder de hoofdstukken van Fonagy en Sharp zelf zijn absoluut de moeite waard. Ook de bijdragen van Baron- Cohen en Banerjee over respectievelijk autisme en angst laten zien dat begrip van sociale cognitie voor deze stoornissen van evident belang is. Het deel over externaliserende stoornissen is wat oppervlakkig en daar lukt het alleen James Blair om sociale cognitie, empathie en psychopathie met elkaar in verband te brengen. Het boek sluit af met een deel 'overige overwegingen', waarvan vooral de hoofdstukken over sociale cognitie en genetica en het hoofstuk over treatment outcome eruit springen. De literatuurlijst laat niets te wensen over. Het is een prettig leesbaar boek dat met veel zorg is samengesteld. Het geeft een goed overzicht van de huidige stand van zaken en de vragen voor de toekomst. De individuele bijdragen hebben een hoog informatief gehalte en het boek mag dan ook niet ontbreken in de boekenkast van eenieder die zich met psychiatrische stoornissen bezighoudt, zowel vanuit diagnostisch perspectief en behandelperspectief als voor de geïnteresseerde onderzoeker.

A.M. Korebrits