Hoe kunnen de beginnende arts-assistentenen in opleiding tot psychiater en de co-assistenten zich bekwamen in de praktijk van de psychiatrische diagnostiek? Voor hen werd dit oefenboek geschreven. Volgens ons kan ook de geïnteresseerde huisarts baat hebben bij dit boek. Als leidraad werd Het psychiatrisch onderzoek van Hengeveld & Schudel (2003) gebruikt. Vooraan in het boek bevindt zich, op een handige inlegkaart, een samenvatting van het psychiatrisch onderzoek waarbij een overzicht wordt gegeven van aandachtspunten inzake eerste indruk en de cognitieve, affectieve en conatieve functies. In totaal worden zestien patiënten uitvoerig beschreven, telkens voorafgegaan door een korte situatieschets. Vervolgens wordt, net zoals 'in vivo' zou moeten gebeuren, geëxploreerd welke vragen het beste kunnen worden gesteld, welke de differentiële diagnose is en hoe te komen tot het behandelplan. De volgende onderwerpen worden behandeld: psychose bij ouderen, persoonlijkheidsstoornis, aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit, angststoornis, bipolaire stoornis, schizofrenie, inbewaringstelling, stoornis in de lichaamsbeleving, anorexia nervosa, agressie, stemmingsstoornis, zwangerschap en psychofarmaca, delier en toxicomanie. Het hoofdstuk over angststoornissen is zeer goed uitgewerkt met concrete voorbeelden van het op gang brengen van een interview vanuit de verschillende invalshoeken, zoals de cognitieve gedragsmatige. De zwangerschap wordt eveneens zeer educatief behandeld met een nauwkeurige beschrijving van de drie postpartumziektebeelden maternity blues, postpartumdepressie en kraambedpsychose. Voor de beginnende practicus is de belangrijkste troef van het boek de uniforme gestructureerde aanpak van elk onderwerp. Telkens wordt hierbij verwezen naar de dsm-iv-criteria of naar de relevante items van het psychiatrisch onderzoek. Een minpunt lijkt het uitsluitend hanteren van begrippen afkomstig uit het Nederlandse zorgsysteem, zoals de terbeschikkingstelling, de inbewaringstelling en de rechterlijke machtiging die in België niet gebruikt worden. Hierbij zou een verklarende tabel een aanwinst geweest zijn. Samengevat: het boek biedt een praktische aanvulling op het psychiatrisch onderzoek voor de beginnende arts-assistent of de geïnteresseerde huisarts. Voor de meer ervaren, praktiserende psychiater zal dit boek echter weinig nieuwe kennis brengen. Vermeldenswaardig is het inleidend citaat van Nijhoff: 'lees maar, er staat niet wat er staat'. Dit onderstreept hoe men een goede psychiater wordt.

Y. Madani, B.G.C. Sabbe