Schizofrenie is een nog niet begrepen ziekte, maarhet wetenschappelijk onderzoek ernaar heeft de laatste 20 jaar een grote vlucht genomen. De auteurs van dit tekstboek beschrijven het onderzoek naar schizofrenie in verschillende hoofdstukken en halen de recentste theorieën en literatuur aan. Het boek geeft een zeer goed (en objectief) beeld van de huidige stand van zaken en vele prominente wetenschappers uit zowel Amerika als Europa hebben aan dit boek meegewerkt. Het onderzoek naar schizofrenie is breed en valt uiteen in verscheidene deelgebieden, die elk in een hoofdstuk zijn beschreven. Het boek is mooi vormgegeven en is opgebouwd uit 23 hoofdstukken, die alle ongeveer even lang zijn; bij 3 hoofdstukken zijn kleurenpagina's toegevoegd. In de eerste hoofdstukken worden de geschiedenis, de epidemiologie en de etiologie van schizofrenie beschreven. Bijzonder is dat er een hoofdstuk is opgenomen over de fosfolipiden bij schizofrenie. Daarna volgen hoofdstukken over de structurele en functionele hersenafwijkingen, psychopathologische afwijkingen, comorbiditeit en cognitieve en functionele beperkingen. Ten slotte zijn er nog drie hoofdstukken over het beloop van de ziekte en vijf hoofdstukken over de medicamenteuze en de niet-medicamenteuze behandeling ervan. De neuro-ontwikkelingshypothese over schizofrenie heeft in het recente verleden veel aandacht gekregen. Jeffrey Lieberman, één van de hoofdredacteuren van dit boek, heeft tijdens zijn loopbaan vooral het progressieve karakter van de ziekte belicht. Tevens zijn er de laatste jaren meer neurobiologische aanwijzingen dat schizofrenie een neuroprogressieve ziekte is. In dit boek wordt dan ook een hoofdstuk gewijd aan deze neuroprogressieve theorie over schizofrenie, iets wat vaak ontbreekt in andere tekstboeken. De hoofdstukken geven over het algemeen een breed beeld over het deelonderwerp. Bepaalde onderwerpen hadden meer uitgediept mogen worden, zoals de genetica en psychosociale therapieën, terwijl andere, bijvoorbeeld de behandeling van schizofrenie in de publieke sector, minder uitgebreid beschreven hadden kunnen worden. Hoewel voorzien van prachtige plaatjes, viel het hoofdstuk over de structurele en functionele hersenafwijkingen tegen omdat het een beperkt overzicht geeft van de literatuur. Vrij nieuwe onderwerpen zoals het onderzoek naar de sociale cognities bij schizofrenie hebben in dit boek ook een plek gekregen. Ik concludeer dat het boek eigentijds en breed is en gemakkelijk te lezen. Ook al mist men in een aantal hoofdstukken enige diepgang, toch is dit tekstboek een aanwinst.

W. Cahn